Uit een inventarisatie uitgevoerd door de Retailagenda blijkt een opmerkelijk feit. In de laatste drie jaar is het aantal provincies met een eigen detailhandelsbeleid van 3 naar 11 gegroeid. Alleen Flevoland voert nog een beperkt beleid, maar in alle andere provincies blijkt dat men onderzoek doet naar koopstromen en leegstand in de eigen provincie. Het belang hiervan wordt door alle partijen onderkend.
Na de ondertekening in 2016 van een provinciale retaildeal heeft men een veelvoud aan maatregelen genomen om tot goede afspraken te komen om overcapaciteit aan winkeloppervlak te voorkomen en zorg te dragen voor sterke winkelgebieden.
Enkele van de genomen maatregelen: Gemeenten krijgen subsidie om hun binnensteden compacter te maken; adviescommissies in verschillende provincies beoordelen op objectieve basis nieuwe retailinitiatieven; in Overijssel is het versnellingsprogramma ‘De Stadsbeweging’ ontwikkeld waarbij diverse teams innovatieve oplossingen bedenken voor het vitaler en aantrekkelijker maken van hun binnenstad.
Sander de Rouwe van het Interprovinciaal Overleg (IPO) heeft deze week staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat geïnformeerd over de belangrijkste acties die de provincies hebben ondernomen. Hij kon haar melden dat er flinke stappen zijn gezet maar dat men nog zeker niet klaar is en er voldoende aandachtspunten liggen voor de nabije toekomst. Zo wordt meer aandacht gevraagd voor langdurige leegstand in krimp- en anticipeerregio’s en middelgrote gemeenten waar men geen toekomst meer ziet voor recreatief shoppen. Ook wordt gepleit voor extra steun, bijvoorbeeld door het instellen van een landelijk fonds voor langdurige leegstand.
Bron: RetailNews